av
Uiterlijk
- av
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | av | avot |
verkleinwoord |
de av m
- (Jiddisch-Hebreeuws) vader
- (Jiddisch-Hebreeuws) vijfde maand van het joodse jaar, in juli-augustus, elfde maand bij telling vanaf Rosj Hasjana
- [1] abba, av beet dien, Avot, kiboed av waëem, tatte
- [2] menachem av, Tisja Beav
- Joodse kalendermaanden:
- tisjri (september/oktober)
- chesjvan (oktober/november)
- kislew (november/december)
- tevet (december/januari)
- sjevat (januari/februari)
- adar (februari/maart)
- adar risjon (februari/maart, in schrikkeljaren)
- adar sjeni (maart/april, in schrikkeljaren)
- nisan (maart/april)
- iar (april/mei)
- sivan (mei/juni)
- tammoez (juni/juli)
- av (juli/augustus)
- eloel (augustus/september)
- Het woord av staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
av
- av
Naar frequentie | 27 |
---|
av
av
- av
av
av
Naar frequentie | 32 |
---|
av
Categorieën:
- Jiddisch-Hebreeuws in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 2
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Woorden in het Koerdisch
- Zelfstandig naamwoord in het Koerdisch
- Woorden in het Noors
- Woorden in het Noors van lengte 2
- Woorden in het Noors met audioweergave
- Bijwoord in het Noors
- Voorzetsel in het Noors
- Woorden in het Nynorsk
- Woorden in het Nynorsk van lengte 2
- Woorden in het Nynorsk met audioweergave
- Bijwoord in het Nynorsk
- Voorzetsel in het Nynorsk
- Woorden in het Zweeds
- Woorden in het Zweeds van lengte 2
- Woorden in het Zweeds met audioweergave
- Voorzetsel in het Zweeds