weerkaatsing
Uiterlijk
- weer·kaat·sing
- Naamwoord van handeling van weerkaatsen met het achtervoegsel -ing.
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | weerkaatsing | weerkaatsingen |
verkleinwoord | weerkaatsinkje | weerkaatsinkjes |
de weerkaatsing v
- het weerkaatsen
- Door de weerkaatsing was het zo'n prachtig geluid.
- datgene wat weerkaatst wordt (licht, beeld, warmte of geluid)
- Toen zag ik dat het de weerkaatsing was van de verwarmingsbuis in het raam.
1. het weerkaatsen
2. datgene wat weerkaatst wordt (licht, beeld, warmte of geluid)
|
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord weerkaatsing staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.