Naar inhoud springen

aska

Uit WikiWoordenboek


  • aska
Naar frequentie 5447

aska

  1. overgankelijk as van een sigaret of iets dergelijks afkloppen
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   aska     askan     askor     askorna  
genitief   askas     askans     askors     askornas  

aska, g

  1. as
    «Vulkanen sprutar ut eld, rök och aska som når flera mil upp i luften.»
    De vulkaan stoot vuur, rook en as uit en reikt enkele kilometers de lucht in.
  • klä sig i säck och aska
groot verdriet uiten
  • göra bot i säck och aska
boete doen (in zak en as)