Naar inhoud springen

Heinrich Ignaz Franz Biber

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Heinrich Ignaz Franz Biber
Heinrich Ignaz Franz Biber von Bibern
Heinrich Ignaz Franz Biber von Bibern
Volledige naam Heinrich Ignaz Franz Biber von Bibern
Geboren 12 augustus 1644
Overleden 3 mei 1704
Land Vlag van Tsjechië Tsjechië/Vlag van Oostenrijk Oostenrijk
Beroep(en) componist, dirigent, violist
Stijl Barok
Instrument(en) viool
(en) Allmusic-profiel
(en) Discogs-profiel
(en) MusicBrainz-profiel
Portaal  Portaalicoon   Klassieke muziek

Heinrich Ignaz Franz Biber von Bibern (Wartenberg am Roll, sinds 1645 Stráž pod Ralskem, 12 augustus 1644Salzburg, 3 mei 1704) was een Oostenrijks componist en violist van Boheemse herkomst.

Biber werd in Stráž pod Ralskem (toentertijd Wartenberg), Bohemen geboren. Zijn basisopleiding kreeg hij aan het College van de Jezuïeten in Opava, (Duits: Troppau), Moravië, waar hij onder andere bekend werd met Pavel Josef Vejvanovský en Philipp Jacob Rittler. Vermoedelijk heeft hij in Praag, Dresden en Wenen gestudeerd onder andere bij de vioolvirtuoos Johann Heinrich Schmelzer.

In het begin van de jaren zestig van de 17de eeuw was hij als musicus in dienst van Vorst Johann Seyfried Eggenberg in Graz in de Oostenrijkse provincie Stiermarken (Steiermark). Later was hij kapelmeester tot 1670 van de beroemde kapel van de vorst-aartsbisschop van Olomouc (Duits: Olmütz) Karl von Lichtenstein-Kastelkorn, die op de zomerzetel van de bisschop, het kasteel Kroměříž (Duits: Kremsier) (nu: Paleis van de Přemysliden) musiceerden (beide plaatsen in de provincie Moravië). Aansluitend was hij violist en componist, dirigent en rentmeester aan het hof van de aartsbisschop van Salzburg Maximilian Gandolph von Khuenburg.

Op 30 mei 1672 huwde hij met Maria Weiß uit Salzburg. In 1690 werd hij - na een wachttijd van 9 jaar - eindelijk door keizer Leopold I van het Heilige Roomse Rijk met de adelstitel "Biber von Bibern" onderscheiden.

Zijn composities bestaan merendeels uit kerkmuziek, hoewel ook twee opera's van hem bekend zijn. Hij overleed op 59-jarige leeftijd in Salzburg.

Instrumentale muziek

[bewerken | brontekst bewerken]
  • 1668 Sonata, voor 6 trompetten, pauken en orgel
  • 1673 Sonata "La battaglia", suite voor 3 violen, 4 altviolen, 2 violone en basso continuo
  • 1676 Sonatae, tam aris, quam aulis servientes (12 sonatas en 12 trompet duos) voor 6 tot 8 instrumenten (trompetten, strijkers en basso continuo) in verschillende combinaties
    1. 12 sonates
      1. "Sonata I" door "Musica Antiqua Köln" o.l.v. Reinhard Goebel en "Gabrieli Consort and Players", o.l.v. Paul McCreesh
      2. Sonata II
      3. Sonata III
      4. Sonata IV
      5. "Sonata V" door "Musica Antiqua Köln" o.l.v. Reinhard Goebel en "Gabrieli Consort and Players", o.l.v. Paul McCreesh
      6. Sonata VI
      7. "Sonata VII" door "Musica Antiqua Köln" o.l.v. Reinhard Goebel en "Gabrieli Consort and Players", o.l.v. Paul McCreesh
        1. Variatio
        2. Allegro
        3. Adagio
        4. Allegro
        5. Adagio
      8. Sonata VIII
      9. Sonata IX
      10. Sonata X
        1. Adagio
        2. Allegro
        3. Adagio
        4. Presto
        5. Allegro
        6. Adagio
      11. Sonata XI
      12. "Sonata XII" door "Musica Antiqua Köln" o.l.v. Reinhard Goebel en "Gabrieli Consort and Players", o.l.v. Paul McCreesh
    2. 12 trompetduo's
      1. A Due No. 1
      2. A Due No. 2
      3. A Due No. 3
      4. A Due No. 4
      5. A Due No. 5
      6. A Due No. 6
      7. A Due No. 7
      8. A Due No. 8
      9. A Due No. 9
      10. A Due No. 10
      11. A Due No. 11
      12. A Due No. 12
  • 1680 Mensa sonora, seu Musica instrumentalis, zes suiten voor twee violen, altviool en basso continuo
    1. Pars I
      1. Sonata
      2. Allemanda
      3. Courante
      4. Sarabanda
      5. Gavotte
      6. Gigue
      7. Sonatina
    2. Pars II
    3. Pars III
    4. Pars IV
      1. Sonata
      2. Allemanda
      3. Courante
      4. Balletto
      5. Sarabanda
      6. Gigue
      7. Sonatina (Adagio)
    5. Pars V
    6. Pars VI
  • 1682-1683 Sonatae "Fidicinium Sacro-Profanum", 12 sonates voor 2 violen, 2 altviolen en basso continuo
    1. Sonata No. 1 in b klein
    2. Sonata No. 2 in F groot
    3. Sonata No. 3 in d klein
    4. Sonata No. 4 in g klein
    5. Sonata No. 5 in C groot
    6. Sonata No. 6 in a klein
    7. Sonata No. 7 in D groot
    8. Sonata No. 8 in Bes groot
    9. Sonata No. 9 in G groot
    10. Sonata No. 10 in E groot
    11. Sonata No. 11 in c klein
    12. Sonata No. 12 in A groot
  • 1696 Harmonia-Artificiosa-Ariosa, zeven suites voor strijkers en basso continuo
    1. Partia I
    2. Partia II
    3. Partia III
      1. Praeludium
      2. Allemande
      3. Amener
      4. Balletto
      5. Gigue
      6. Ciacona
    4. Partia IV
      1. Sonata
      2. Allamande
      3. Trazza
      4. Aria
      5. Canario
      6. Gigue
      7. Policinello
    5. Partia V
      1. Intrada
      2. Aria
      3. Balletto
      4. Gigue
      5. Passacaglia
    6. Partia VI
    7. Partia VII
  • Balletti a 6, voor twee clarintrompetten en strijkers
    1. Sonata
    2. Allamanda
    3. Amener
    4. Aria
    5. Balletto
    6. Trazza
    7. Gavotte
    8. Canario
    9. Amoresca
    10. Sarabanda
    11. Gagliarde
    12. Ciacona
  • Balletti Lamentabili
    1. Lamento
    2. Allemanda
    3. Sarabanda
    4. Gavotte
    5. Gigue
    6. Lamento
  • Battalia "Die liederliche Gesellschaft von allerley Humor"
  • Battalia "Das liederliche Schwärmen der Musquetirer", "Der Mars", "Die Schlacht", "Undt Lamento der Verwundten" mit Arien imitiert Und Vbaccho dedicirt, voor strijkers en basso continuo
  • Battalia a 9
  • Battalia "Allegro"
  • Battalia "Presto"
  • Battalia "Aria (Andante)"
  • Battalia "Il Giardino Armonico"
  • Sonata sancti Polycarpi à 9, voor 8 trompetten, pauken en cello

Missen, cantates en andere gewijde muziek

[bewerken | brontekst bewerken]

Muziektheater

[bewerken | brontekst bewerken]
Voltooid in titel aktes première libretto
1687 Chi la dura la vince; (ook als Arminio bekend) opgedragen aan aartsbisschop Johann Ernst graaf von Thun en Hohenstein 3 aktes tussen einde 1690 en medio 1692 Salzburg Francesco Maria Raffaelini
1689 Alessandro in Pietra 1689
1699 Tratenimento musicale del'Ossequio di Salisburgo 1699, Salzburg

Andere toneelwerken

[bewerken | brontekst bewerken]
  • 13 Schooldramas
  • 1669 "Sonata representativa", voor viool en basso continuo (met imitatie van dierenstemmen)
    1. (Allegro)
    2. Nachtigall
    3. Cucu
    4. Fresch
    5. Die Henn, der Hann
    6. Die Wachtel
    7. Die Katz
    8. Musquetir Mars
    9. Allemande
  • 1673 Sonata à 6, voor trompet, 2 violen, 2 altviolen en contrabas
  • 1676 15 Mysteriensonatas (Rosenkranzsonaten) en Passacaglia, in scordatura met 16 verschillende stemmingen van de viool (opgedragen aan: Vorstaartsbisschop Maximilian Gandolf Graf von Khuenburg)

  • Jiří Sehnal: Die "Sonatae a Violino solo, Salzburg 1681" von Heinrich Ignaz Franz Biber in: Konferenzbericht des Symposiums Pavel Josef Vejvanowsky, Kromeriz 1993, Österreichisches Ost- und Südosteuropa-Institut Brno, 1994.
  • Jiří Sehnal: Die Kompositionen Heinrich Bibers in Kremsier (Kroměříž), Sborník prací Filosofické fakulty Brněnské university 19, 1970. pp. 21-39.
  • Ernst Kubitschek: Heinrich Ignaz Franz Bibers Instrumentalschaffen in : Österreichische Musikzeitschrift 49. Jahrgang, 2/1994, S. 97-105
  • Ernst Kubitschek: Heinrich Ignaz Franz Biber und Georg Muffat - zwei Meister nicht nur der Instrumentalmusik in: Österreichische Musik Zeitung 3-4/2004, S. 5-18.
  • Ernst Kubitschek: Die Mysteriensonaten von Heinrich Ignaz Franz Biber in: Schläft ein Lied in allen Dingen, Festschrift für Konrad Ruhland zum 70. Geburtstag, Passau/Schongau 2003; Seite 161-184
  • Antonín Breitenbacher: Hudební archiv kolegiátního kostela sv. Mořice v Kroměříži, Olomouc, 1928.
  • Petrus Eder, Ernst Hintermaier: Heinrich Franz Biber 1644-1704: Musik und Kultur im hochbarocken Salzburg in: Studien und Quellen Salzburg, 1994.
  • Ernst Hintermaier: Heinrich Ignaz Franz Biber (1644-1704) und das Musikleben Salzburgs, Barockberichte 8 & 9 1994, pp. 265-273.
[bewerken | brontekst bewerken]