In tegenstelling tot voorgaande jaren werd de Finse Grand Prix nu met mooi weer verreden. De organisatie was van plan om de zijspanrace midden in het programma tussen de 250cc-race en de 500cc-race te plaatsen, maar de coureurs dienden een groot aantal verzoeken in om dit niet te doen vanwege de grote hoeveelheid glad rubber die de zijspancombinaties achter lieten. Dat werd uiteindelijk door de FIM-jury gehonoreerd. Tijdens deze Grand Prix sneuvelden de ronderecords in vier van de vijf klassen. Alleen het record van Phil Read in de 125cc-klasse bleef staan.
In Finland bleef Giacomo Agostini een tijdje achter Keith Turner (LinTo) hangen, maar toen diens primaire aandrijving brak gaf Agostini gas. Paul Smart (Seeley) kwam nu op de tweede plaats, zonder stofbril, want daarvan was het bandje gebroken. De LinTo's hadden genoeg problemen, want Smart werd bijna ingehaald door Maurice Hawthorne toen diens LinTo het begaf (olielekkage) en nog twee andere LinTo's, van John Dodds (gebroken tuimelaar) en Jack Findlay (versnellingsbak) gaven het ongeveer tegelijkertijd op. Smart kwam ook niet ver, hij viel uit door een gebroken krukpen. Door al die uitvallers werd Billie Nelson (Paton) uiteindelijk tweede en Godfrey Nash (Norton) derde.
In Imatra ging Giacomo Agostini rustig van start en hij reed enkele ronden achter Rodney Gould. Toen hij de leiding overnam kon Gould hem nog drie ronden lang volgen, maar toen draaide Agostini het gas definitief open en liep weg. Giuseppe Visenzi (Yamaha) werd na een gevecht tegen Heinz Rosner derde. Jack Findlay had de strijd om de Jawa viercilinder kennelijk gewonnen[1], want 16 dagen na zijn sleutelbeenbreuk werd hij zevende met die machine.
De 250cc-race in Imatra was erg spannend. Het was schitterend weer (voor het eerst sinds men hier in 1965 naartoe verhuisd was) en Heinz Rosner nam met zijn MZ RE 250 de leiding voor Santiago Herrero (Ossa), Renzo Pasolini (Benelli), Rodney Gould (Yamaha), Kent Andersson (Yamaha), Kel Carruthers (Benelli) en Günter Bartusch (MZ). In de tweede ronde brak Rosner's krukas. Herrero nam de leiding over tot de zevende ronde toen Pasolini de kop overnam. In de twaalfde ronde ging Andersson voorop toen hij het ronderecord verbeterde. Herrero en Pasolini vielen allebei in de veertiende ronde. Pasolini blesseerde zijn schouder en was voor de rest van seizoen uitgeschakeld. Herrero kon nog in de pit zijn stuurhelften laten repareren maar werd daardoor al op een ronde gezet. In de laatste ronde moest Gould ook door krukasproblemen stoppen waardoor de tweede plaats (achter Andersson) naar Bartusch ging, terwijl Börje Jansson (Kawasaki-Yamaha) derde werd.
In Finland ging Cees van Dongen aanvankelijk aan de leiding met zijn teamgenoot Dieter Braun achter zich en op de derde plaats Günter Bartusch met zijn MZ RE 125. Dave Simmonds lag toen nog vierde, maar in de derde ronde pakte hij al definitief de leiding. Bartusch wist de tweede plaats over te nemen en van Dongen werd slechts derde.
Na zijn mooie tweede plaats in de 500cc-race in Finland moest Billie Nelson zich haasten om plaats te nemen in het zijspan van Helmut Fath. Hij moest Wolfgang Kalauch vervangen, die bij een heuvelklimwedstrijd gewond was geraakt. Het gelegenheidsduo liep drie seconden per ronde uit op Klaus Enders, tot de problemen begonnen. De stelmogelijkheid voor de luchtschuif ging kapot waardoor het gas niet meer helemaal afgesloten kon worden. Daardoor werden de remmen overbelast en uiteindelijk brak een olieleiding voor de cilinderkop, waardoor ze uitvielen. Klaus Enders / Ralf Engelhardt wonnen aldus toch nog en Helmut Lünemann met invaller-bakkenistJohnny Bengtsson werd tweede. Na de Finse Grand Prix reed Helmut Fath nog een internationale race in dat land. Hierbij kreeg hij een ongeluk waarbij hij een been en enkele ribben brak. Zowel hijzelf als bakkenist Billie Nelson (gebroken enkel) waren voor de rest van het seizoen uitgeschakeld. Voor Nelson was het dubbel vervelend: aan het einde van het seizoen was hij vierde in de 500cc-klasse, maar hij kwam slechts zes punten tekort voor de tweede plaats. In de zijspanklasse stond hij merkwaardig genoeg dankzij één optreden als tweede geklasseerd.
Luigi & Gianna Rivola: De geschiedenis van de motorsport, oorsprong en ontwikkeling, 1993 Uitgeverij Uniepers b.v., Abcoude ISBN 90 6825 131 7
Weekblad Motor 1969 nr. 32 en nr. 33
Voetnoten
↑Na het overlijden van Bill Ivy had JawaJack Findlay als vervanger aangetrokken, maar toen die een sleutelbeen brak kreeg Silvio Grassetti de Jawa 350 cc V4. Nu was Findlay weer fit, maar Grassetti bleef aanspraak maken op het fabriekscontract met Jawa. Die strijd was na de Finse Grand Prix nog lang niet voorbij, maar vooralsnog kreeg Findlay de voorkeur.