Naar inhoud springen

Fanny Blankers-Koen

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Fanny Blankers-Koen
Fanny Blankers-Koen in 1949
Fanny Blankers-Koen in 1949
Volledige naam Francina Elsje Blankers-Koen
Bijnaam De Vliegende Huisvrouw
The Flying Dutchmam
Geboortedatum 26 april 1918
Geboorteplaats Lage Vuursche
Overlijdensdatum 25 januari 2004
Overlijdensplaats Hoofddorp
Nationaliteit Vlag van Nederland Nederland
Lengte 1,75 m
Gewicht 63 kg
Sportieve informatie
Discipline sprint, hordelopen, hoogspringen, verspringen, kogelstoten, meerkamp
Trainer/coach Jan Blankers
Eerste titel Ned. kampioene 200 m en hoogspringen 1936
OS 1936, 1948, 1952
Extra Wereldrecordhoudster 100 yd 1938-1950, 100 m 1948-1952, 220 yd 1950-1954, 80 m horden 1942-1952, verspringen 1943-1954, hoogspringen 1943-1951, vijfkamp 1951-1953, 4 x 110 yd 1944-1950, 4 x 200 m 1944-1950; Olympisch recordhoudster 200 m 1948-1952, 80 m horden 1948-1952
Medailles
Olympische Spelen
Goud Londen 1948 100 m
Goud Londen 1948 200 m
Goud Londen 1948 80 m horden
Goud Londen 1948 4x100 m
Portaal  Portaalicoon   Atletiek

Francina Elsje (Fanny) Blankers-Koen (Lage Vuursche, 26 april 1918 – Hoofddorp, 25 januari 2004) was een Nederlandse atlete. In 1948 won ze tijdens de Olympische Spelen in Londen vier gouden medailles. Daarnaast veroverde zij op de Europese kampioenschappen van 1946 en 1950 in totaal vijfmaal goud, verdeeld over vier verschillende onderdelen. In 1999 werd zij door de internationale atletiekfederatie IAAF gekozen tot internationaal atlete van de 20e eeuw.

Eerste medaille op 50 m vrije slag

[bewerken | brontekst bewerken]

Kort na Fanny's geboorte in Lage Vuursche op boerderij De Brandenburg[1] verhuisde het gezin naar het Groningse plaatsje Klein-Ulsda, waar haar vader enkele jaren een boerderij runde. Na een faillissement keerde het gezin terug naar "het westen" en vestigde zich in Hoofddorp.

Koen was elf jaar toen zij zich aanmeldde bij de plaatselijke gymnastiekvereniging Hoofddorp. Al gauw blonk ze uit bij de gewone wekelijkse gymlessen. Vooral haar perfect uitgevoerde vogelnestjes aan de ringen werden bekend. En als 's zomers buiten atletiek werd beoefend, was Koen de snelste loopster.[2] Ze had echter veel meer talenten, die zich vooral ook uitten in het zwembad. Haar eerste medaille haalde ze op de 50 meter vrije slag, maar ook tennis en schaatsen vond ze leuk. Haar trainers drukten haar echter op het hart om een keuze te maken.[2]

Nationaal record 800 meter

[bewerken | brontekst bewerken]

In 1935 meldde Koen zich aan bij de Amsterdamse damesatletiekvereniging ADA en prompt liep ze nog in datzelfde jaar haar eerste nationale record: op de 800 m. Frits de Ruijter, later zelf succesvol op de middellange afstand, zag haar lopen: 'Het was 22 september 1935, ze moet net zeventien zijn geweest en ik was juist Nederlands jeugdkampioen op de 800 meter geworden. (..) Fanny liep op die dag een 800 meter. Vooral deze afstand werd niet geschikt geacht voor vrouwen. Maar ze verbeterde meteen het Nederlandse record. Fanny liep heel krachtig, ze was buitengewoon gespierd en dat is ze ook altijd geweest. Dat bijzondere lijf is de basis voor het hele succes geweest.'[2]

Standbeeld Fanny Blankers-Koen, Rotterdam, mei 2007

Blankers-Koen heeft later vaak verwezen naar dat eerste record dat niet op haar lijf was geschreven, want ze zou de geschiedenis ingaan als sprint- en springkampioene. 'Maar ik had longen als blaasbalgen.'[2]

Eerste deelname Olympische Spelen

[bewerken | brontekst bewerken]

Op achttienjarige leeftijd debuteerde Koen op de Olympische Spelen in Berlijn van 1936. Daar werd ze vijfde bij het hoogspringen en vijfde op de 4 x 100 m estafette in 48,8 s, nadat zij in de series samen met Lies Koning, Kitty ter Braake en Ali de Vries een tijd had gerealiseerd van 48,4, wat een ruime verbetering was van uit 1932 stammende nationale record van 49,4. Haar eerste internationale medailles won Koen in 1938. Op de Europese kampioenschappen in Wenen won ze brons op de 100 en 200 m.

Berlijn was voor Koen te vroeg gekomen, de Spelen van Helsinki in 1940 zouden háár spelen moeten worden. Maar de Tweede Wereldoorlog doorkruiste haar ambities. Koen trouwde dat jaar – 1940 – met haar trainer Jan Blankers en in 1941 werd zij voor het eerst moeder.[3]

De vliegende huisvrouw

[bewerken | brontekst bewerken]

Ondanks het ontbreken van grote wedstrijden waren de oorlogsjaren sportieve topjaren voor Blankers-Koen: ze vestigde in 1942 een wereldrecord op de 80 m horden, in 1943 op het ver- én hoogspringen en in 1944 op de 100 yd en de estafettenummers 4 x 110 yd en 4 x 200 m. Maar ook in 1944 zou er van Olympische Spelen geen sprake zijn. En toen Blankers-Koen in 1946 haar tweede kind kreeg, leek haar loopbaan voorbij. Dat vrouwen aan atletiek deden werd inmiddels geaccepteerd, maar een moeder van twee kinderen die topprestaties levert, dat leek uitgesloten.[3]

Toch begon Blankers-Koen twee maanden later alweer te trainen en won datzelfde jaar nog vijf nationale en twee Europese titels: de bijnaam 'de vliegende huisvrouw' was geboren.[3] In 1947 overtrof Fanny Blankers-Koen al haar persoonlijke records en geconcentreerd werkte ze toe naar de Spelen van 1948.[3]

Olympische dag

[bewerken | brontekst bewerken]

De Olympische Dag van 20 juni 1948 in het Amsterdams Olympisch Stadion is een bijzondere. Reeds vanaf 1933 wordt deze dag jaarlijks in juni in het stadion georganiseerd. Een vast programma van gymnastiek, atletiek, voetbal, wielrennen en paardensport trekt telkenmale een vol stadion. In 1948 zullen er echter voor het eerst sinds twaalf jaar weer Olympische Spelen worden gehouden, zes weken later al. En Blankers-Koen zal erbij zijn. Het stadion zit met zijn 63.000 bezoekers dan ook bomvol. Het vergaapt zich aan de voetbalwedstrijd van het Nederlands elftal (met o.a. Kees Rijvers) tegen een Engels amateurelftal. En bij de paardenwedstrijden doet zelfs prins Bernhard van Lippe-Biesterfeld, de echtgenoot van de Nederlandse kroonprinses Juliana, buiten mededinging mee.[3]

Vijftien minuten voor het begin van de 80 m horden zit Blankers-Koen echter nog op de tribune. Zij vindt de speedwaybaan van het Olympisch Stadion met zijn verborgen zachte plekken te gevaarlijk. Eén misstap en het werk van twee jaar zal vergeefs geweest zijn.[3] De organisatie voelt echter de wens van het publiek en zet Jan Blankers onder druk. Met gemengde gevoelens zegt die op het laatste moment toe. De stadionspeaker kondigt haar optreden reeds aan, maar Blankers-Koen is woedend en vertrekt op haar gympen naar het bijterrein voor een warming-up van een minuut of vijf. Pas vlak voor de start, haar tegenstandsters staan al te wachten, trekt zij haar spikes aan. Uitlopen die race en meteen omkleden, zijn haar enige gedachten en wég is ze op het moment dat het startschot klinkt. Als in een roes neemt ze de eerste horden en raakt in een voortreffelijk ritme, dat direct door het publiek wordt opgepakt. Zonder het te beseffen finisht ze met straatlengten voorsprong op de rest van het veld. Ze zit alweer mokkend in de kleedkamer als de winnende tijd wordt omgeroepen: een wereldrecord in 11 seconden rond, een verbetering van haar eigen record met drie tiende van een seconde. Het publiek staat op de banken, maar Blankers-Koen laat zich niet meer zien. Het ontlokt de verslaggever van het weekblad Sportief de opmerking: 'Waarom zetten ze eigenlijk horden neer, als Mevrouw F.E. Blankers-Koen de tachtig meter loopt? Zij kijkt die dingen tóch met geen oog aan...'[3]

Blankers-Koen weet haar grootse vorm in de weken daarna vast te houden.

Olympische Spelen Londen 1948

[bewerken | brontekst bewerken]
Fanny Blankers-Koen met de gouden medailles bij haar terugkomst in Nederland.
Beeld van de zegetocht met de landauer door Amsterdam.
Video van Blankers-Koen in voorbereiding op de Olympische Spelen van 1948.

Op de eerste Olympische Spelen na de Tweede Wereldoorlog won Blankers-Koen goud op de 100 m, de 200 m, de 80 m horden en de 4 x 100 m estafette. De andere loopsters van de estafetteploeg waren Gerda van der Kade-Koudijs, Xenia Stad-de Jong en Nettie Witziers-Timmer.

Het toernooi werd verlopen onder zware omstandigheden; de finale van de 200 m werd bijvoorbeeld gelopen in de stromende regen. Het radioverslag van Peter Knegjens leidde in de Nederlandse huiskamers, drie jaar na de bevrijding en middenin de wederopbouw, tot groot enthousiasme.

Doordat het wedstrijdprogramma ongunstig uitviel, kon Blankers-Koen niet meedoen aan het nummer verspringen, waarin ze de grote favoriete zou zijn geweest. Volgens sommigen had Blankers-Koen ook de gouden medaille op het hoogspringen en de vijfkamp kunnen winnen als ze meegedaan had, maar zelf zei ze dat ze daarvoor nooit de kracht zou hebben gehad.

Bij terugkomst in Nederland wachtte Blankers-Koen op 10 augustus, zeer tot haar verrassing, in haar woonplaats Amsterdam een groots onthaal. Volgens het verslag van deze intocht in de Volkskrant, overgenomen door De Athletiekwereld, het blad van de K.N.A.U., sloeg haar zegetocht die welke Eisenhower, Montgomery, Churchill en Sinterklaas indertijd ten deel waren gevallen, met stukken.”[4] Bij het Centraal Station zag het, ver voor de aankomst van Fanny Blankers-Koen, al zwart van de mensen. Eenmaal gearriveerd stapte zij, onder luid gejuich van de talrijke wachtenden, in een landauer, getrokken door een vierspan en met palfreniers op de bok, die haar via de Damstraat naar het stadhuis brachten. Hier werd haar door het gemeentebestuur een exemplaar van het officiële gedenkboek van H.M. Koningin Wilhelmina overhandigd, waarin men een speciale opdracht had laten kalligraferen.[4] Terwijl intussen het stadsverkeer lam was komen te liggen, werd de tocht, omringd door duizenden juichende mensen, vervolgens voortgezet via Damstraat, Rokin, Vijzelstraat, Weteringschans, Leidseplein, Overtoom en Surinameplein tot in de Haarlemmermeerstraat, waar het gezin Blankers woonde en die voor de gelegenheid met vlaggen en bloemen was versierd. Hier wachtte opnieuw een duizendkoppige menigte Fanny Blankers-Koen op, werd er een speciaal voor de gelegenheid gecomponeerd lied voor haar gezongen en kreeg zij van haar buurtgenoten, als blijk van erkenning, een degelijke fiets aangeboden, omdat ze 'nu lang genoeg gelopen had'. Een beduusde Fanny Blankers-Koen: "Ik dacht dat ik in een rustige straat woonde!" Met de hele familie Blankers op het balkon van hun woning eindigde deze glorieuze dag.[4]

Ten tijde van de Olympische Spelen in Londen was Blankers-Koen al 30 jaar oud en moeder van twee kinderen. Haar prestaties leverden haar de bijnamen De Vliegende Huisvrouw en The Flying Dutchmam op. Zo vlak na de oorlog was Blankers-Koen voor velen een symbool van de wederopbouw geworden.

De voor- en nadelen van roem

[bewerken | brontekst bewerken]

De prestaties die Fanny Blankers-Koen op de Olympische Spelen van 1948 in Londen leverde, hadden echter een veel weidsere impact dan de euforie die in Nederland was ontstaan, of de creatie van enkele bijnamen. Ze hadden haar op een voetstuk geplaatst. De wereld had haar uitgeroepen tot ambassadrice van volwaardige sport voor vrouwen, meisjes en moeders.[2] Naast de vele duizenden brieven en telegrammen met gelukwensen of uitingen van bewondering en vragen om gesigneerde foto’s, trainingsadviezen en uitnodigingen om heerlijk te komen uitrusten, soms met opgave van de trein waarmee zij, met of zonder echtgenoot en kinderen, zonder tegenbericht werd verwacht, schreven vrouwen uit alle delen van de wereld haar brieven, waarin haar over de meest uiteenlopende vrouwen- en/of huishoudelijke zaken om raad werd gevraagd. In zijn samen met sportjournalist Aad van Leeuwen geschreven boek 'Fanny. De geschiedenis van 4 gouden medailles' zegt Jan Blankers daarover: "Uit vele van die brieven en uitnodigingen sprak een grote hartelijkheid, waarvoor Fanny natuurlijk dankbaar was en is. Maar het moet hier toch even gezegd worden, dat het voldoen aan de talloze uitnodigingen, die haar na haar terugkeer uit Londen bereikten, niet alleen om redenen van tijd een onmogelijkheid was, maar ook een te zware lichamelijke en geestelijke belasting zou hebben betekend. De sportman of sportvrouw, die na een ingespannen, geconcentreerd volbrachte voorbereiding het doel heeft bereikt, behoeft in de eerste plaats rust."[5]

Het waren echter niet alleen individuele bewonderaars die Fanny Blankers-Koen brieven schreven. Ze ontving ook talloze uitnodigingen om deel te nemen aan atletiekwedstrijden in en buiten Nederland, tot aan Zuid-Afrika, Australië, Verenigde Staten, Bermuda en Tunis aan toe. "Begrijpelijk en logisch", vond Jan Blankers. Minder logisch vond hij de uitnodigingen om het startschot te komen lossen voor een wielerronde, eerste stenen te komen leggen, tentoonstellingen te komen openen, te verschijnen op feestavonden die met sport hoegenaamd niets van doen hadden. Die uitnodigingen werden alle afgewezen. Ze toonden echter wel een van de nare en gevaarlijke kanten van de roem, vond Blankers.[5]
En wat te denken van een suikerwerkfabriek die zonder toestemming en voorkennis aan een van haar producten Fanny’s naam verbond, bedrijven en bedrijfjes die het plotseling nodig vonden om Fanny’s naam als 'blikvanger' in advertenties en andere publiciteitsmiddelen te gebruiken, zo in de trant van: Fanny Blankers-Koen, de snelste vrouw ter wereld, gaat chic gekleed, en als u ook japonnen met een goede coupe wilt dragen, laat die dan bij ons maken. Of: Fanny Blankers-Koen loopt een wereldrecord, maar onze accordeons zijn toch het best en het voordeligst! Een warenhuis bestond het zelfs om haar, nog voordat de Spelen in Londen waren afgelopen, een betrekking als leidster van de afdeling sportartikelen aan te bieden. Blankers: "Was dat misschien bedoeld om de concentratie te stimuleren? Om misverstand te voorkomen: het was géén warenhuis in Nederland."[5]

Olympische Spelen Helsinki 1952

[bewerken | brontekst bewerken]

In 1952 deed Blankers-Koen nog mee aan de Olympische Spelen in Helsinki, maar door blessures moest ze op de 200 m opgeven in de halve finales en moest ze ook in de finale van de 80 m horden opgeven. Tot 1955 deed ze nog aan wedstrijdsport. In totaal behaalde zij 58 nationale titels, 5 Europese titels en vestigde ze 21 wereldrecords.

In 2012 werd ze opgenomen in de IAAF Hall of Fame.

Kampioenschappen

[bewerken | brontekst bewerken]

Internationale kampioenschappen

[bewerken | brontekst bewerken]
Onderdeel Titel Jaar
100 m Olympisch kampioene 1948
Europees kampioene 1950
200 m Olympisch kampioene 1948
Europees kampioene 1950
80 m horden Olympisch kampioene 1948
Europees kampioene 1946, 1950
4 x 100 m Olympisch kampioene 1948
Europees kampioene 1946

Nederlandse kampioenschappen

[bewerken | brontekst bewerken]
Onderdeel Jaar
100 m 1937, 1938, 1939, 1940, 1942, 1943, 1944, 1946, 1947, 1948, 1949, 1951, 1952
200 m 1936, 1937, 1938, 1939, 1940, 1944, 1946, 1947, 1948, 1950, 1951, 1952
80 m horden 1940, 1944, 1946, 1947, 1948, 1949, 1950, 1951, 1952, 1953, 1954
hoogspringen 1936, 1937, 1939, 1940, 1946, 1947, 1948, 1949, 1950, 1951
verspringen 1939, 1940, 1942, 1944, 1946, 1947, 1948, 1950, 1951
kogelstoten 1947, 1955
vijfkamp 1937

Persoonlijke records

[bewerken | brontekst bewerken]
Onderdeel Prestatie Plaats record Datum Extra
100 yd 10,6 s Wassenaar 5 juli 1952 NR 1952-1977
100 m 11,5 s Amsterdam 16 juni 1948 WR 1948-1952
NR 1948-1969
200 m 23,9 s Antwerpen 22 september 1952 NR 1952-1967
220 yd 24,2 s Brescia 29 juni 1950 WR 1950-1954
800 m 2.29,0 s Amsterdam 22 september 1935 NR 1935-1953
80 m horden 11,0 s Amsterdam 20 juni 1948 WR 1948-1952
NR 1948-1963
verspringen 6,25 m Leiden 19 september 1943 WR 1943-1954
NR 1943-1960
hoogspringen 1,71 m Amsterdam 30 mei 1943 WR 1943-1951
NR 1943-1966
vijfkamp 4692 p Amsterdam 15/16 september 1951 WR 1951-1953
NR 1951-1968

Nederlandse records[6]

[bewerken | brontekst bewerken]
Onderdeel Prestatie Datum Plaats
800 m 2.29,0 22 september 1935 Amsterdam
4 x 100 m club team 51,0 s 14 juni 1936 Rijswijk
10 x 100 m club team 2.12,6 14 juni 1936 Rijswijk
4 x 100 m club team 50,3 s 27 juni 1936 Amsterdam
Relay Race (200-100-80-60 m) 59,2 s 12 juli 1936 Haarlem
4 x 100 m nat. team 48,4 s 8 augustus 1936 Berlijn
4 x 100 m club team 50,1 s 6 september 1936 Amsterdam
80 m 10,0 s 29 augustus 1937 Doetinchem
100 yd 11,2 s 29 augustus 1937 Doetinchem
vijfkamp 335 p 12 september 1937 Rotterdam
100 yd 11,0 s 19 juni 1938 Amsterdam
60 m 7,5 s 31 juli 1938 Amsterdam
verspringen 5,80 m 3 juni 1939 Mitcham
5,97 m 30 juli 1939 Berlijn
100 m 11,9 s 20 augustus 1939 Amsterdam
11,7 s 26 juli 1942 Eindhoven
verspringen 6,00 m 26 juli 1942 Eindhoven
80 m horden 11,7 s 13 september 1942 Leiden
11,3 s 20 september 1942 Amsterdam
hoogspringen 1,71 m 30 mei 1943 Amsterdam
200 m 24,5 s 27 juni 1943 Rotterdam
verspringen 6,08 m 4 juli 1943 Amsterdam
vijfkamp 339 p 28/29 augustus 1943 Amsterdam
verspringen 6,25 m 19 september 1943 Leiden
100 yd 10,8 s 18 mei 1944 Amsterdam
4 x 110 yd nat team 48,8 s 18 mei 1944 Amsterdam
4 x 200 m nat team 1.41,0 27 augustus 1944 Hilversum
4 x 100 m nat. team 47,8 s 25 augustus 1946 Oslo
200 m 24,2 s 25 april 1948 Lyon
100 m * 11,5 s 13 juni 1948 Amsterdam
4 x 100 m nat. team 47,7 s 13 juni 1948 Amsterdam
80 m horden 11,0 s 20 juni 1948 Amsterdam
4 x 100 m nat. team 47,5 s 25 juli 1948 Rijswijk
47,4 s 25 juli 1948 Rijswijk
4 x 110 yd nat team 47,4 s 25 juli 1948 Rijswijk
100 yd 10,8 s 27 augustus 1948 Dublin
4 x 200 m club team 1.46,6 4 juni 1950 Amsterdam
200 m 24,1 s 22 juli 1950 Rotterdam
4 x 100 m club team 48,2 s 6 augustus 1950 Amsterdam
200 m 24,0 s 27 augustus 1950 Brussel
4 x 100 m nat. team 47,4 s 27 augustus 1950 Brussel
vijfkamp 4692 p 15/16 september 1951 Amsterdam
10 x 100 m club team 2.04,1 1 juli 1952 Amsterdam
100 yd 10,6 s 5 juli 1952 Den Haag
200 m * 23,9 s 23 september 1952 Antwerpen
4 x 200 m club team 1.41,2 26 juli 1953 Amsterdam

* Jarenlang hebben de tijden van 11,4 s en 23,7 s, door Blankers-Koen gelopen tijdens de NK van 1952 in Rotterdam, als nationale records te boek gestaan. In 1959 besloot de recordcommissie van de KNAU echter om alle records vanaf 1951, die gelopen waren op de Nenijtobaan in Rotterdam, te annuleren. De baan bleek namelijk, onder invloed van de naastgelegen spoorbaan, in de loop van de jaren vijftig te veel te zijn verzakt, waardoor deze moest worden afgekeurd.

Onderscheidingen en eerbetoon

[bewerken | brontekst bewerken]

Levensloop na actieve sportcarrière

[bewerken | brontekst bewerken]
Fanny Blankers-Koen in 1988

Na haar actieve carrière was Blankers-Koen actief als chef d'équipe (ploegleidster in haar eigen woorden) van de olympische ploeg in 1960, 1964 en 1968.

De laatste periode van haar leven verbleef Blankers-Koen in een verpleegtehuis in Hoofddorp. Daar overleed ze op 85-jarige leeftijd.

Fanny Blankers-Koen Trofee

[bewerken | brontekst bewerken]

Op 9 december 2005 kregen de eerste uitverkorenen de naar Blankers-Koen vernoemde Fanny Blankers-Koen Trofee uitgereikt uit handen van de voorzitter van NOC*NSF Erica Terpstra in de Oval Lingotto te Turijn. Vijf voormalige Nederlandse topsporters, van wie er vier in Turijn aanwezig waren, mochten zich officieel winnaar van de FBK Trofee noemen. De ontvangers waren judoka Anton Geesink, kunstrijdster Sjoukje Dijkstra, roeier Nico Rienks en schaatser Ard Schenk. Ook voetballer Johan Cruijff won een FBK Trofee. Hij was echter niet aanwezig in Turijn. Hij had diezelfde dag een rol in de loting van het wereldkampioenschap voetbal 2006 in Leipzig.

Standbeeld in Hengelo.
  • Het standbeeld van Fanny Blankers-Koen in Rotterdam werd geplaatst in 1954 en vervaardigd door Han Rehm.
  • In 2004 eindigde ze op nr. 29 tijdens de verkiezing van de Grootste Nederlander
  • Het standbeeld van Fanny Blankers-Koen in Hengelo werd geplaatst op 9 mei 2007 en vervaardigd door Antoinette Ruiter.
  • In Amsterdam is een brandweerkazerne naar haar vernoemd: de Fanny Blankers-Koenkazerne
  • In Hoofddorp waar ze woonde heet een sporthal de 'Fanny Blankers-Koen hal'
  • In Amsterdam is rondom het sportpark op het Olympiaplein een hekwerk (2007) geplaatst met de tekst: "Hier trainde Fanny Blankers-Koen".
  • Haar persoonlijke record op de 100 m van 11,5 bleef 62 jaar lang het clubrecord van Phanos (oorspronkelijk Sagitta) uit Amsterdam; pas in mei 2010 werd de tijd door Jamile Samuel uit de boeken gelopen.
  • In 2009 kende het Nederlands Filmfonds een subsidie voor scenario-ontwikkeling aan IDTV voor een film over het leven van Blankers-Koen. Het scenario wordt geschreven door Heleen Suèr. Beoogd regisseur is Dana Nechushtan[7]
  • In Almere is een sportpark naar haar vernoemd: Fanny Blankers Koen-sportpark (ook wel afgekort tot FBK-sportpark).
Zie de categorie Fanny Blankers-Koen van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.