De Italiaan Riccardo Stacchiotti was de eerste renner die aan de tijdrit begon. Honderd renners hadden de rit afgewerkt, toen de eerste echte tijdrijder, Thomas De Gendt, de leiding nam. Hij hield stand tot de manschappen van Trek Factory Racing aan de wedstrijd begonnen. Jesse Sergent verbeterde De Gendt zijn tijd, Stijn Devolder verbeterde die op zijn beurt. Gert Jõeäär verbaasde iedereen door als eerste onder de acht minuten te duiken en een nieuwe toptijd neer te zetten. Ook Johan Le Bon dook onder de acht, maar kon niet tippen aan Jõeäär's tijd. Julien Vermote en Kristof Vandewalle waren de laatste starters en de laatste hoop op een Belgische zege. Vermote kwam niet aan zijn vorm van 2012 en Vandewalle strandde op de derde plaats. De Est Gert Jõeäär boekte na successen in eigen land zijn eerste op West-Europese bodem, en doet ook meteen een gooi naar het eindklassement.
Na 13 kilometer versnelden Laurens De Vreese, Sander Helven, Julien Duval en Eduard-Michael Grosu uit het peloton. Hun voorsprong liep uit tot maximum vijf minuten, maar op de Oude Kwaremont lieten de twee Belgen in de groep De Vreese en Helven, vorig jaar nog ploeggenoten, de twee andere medevluchters achter. Het peloton verbrokkelde op de Oude Kwaremont, maar op de Tiegemberg kwam alles terug tezamen, evenals de twee koplopers. Jan Ghyselinck, Stig Broeckx en Alphonse Vermote probeerden nog weg te komen, maar konden niet verhinderen dat deze etappe op een verwachte massasprint uitdraaide. Dit was een kolfje naar de hand van de Nederlandse sprinter Danny van Poppel, die na enkele ereplaatsen, zijn eerste profzege boekte.
Het duurde een tijdje voor de eerste ontsnapping van de dag op gang getrokken werd. Het waren
Martin Kohler, Benoît Jarrier, Jelle Wallays, Boris Vallée en Gediminas Bagdonas die uiteindelijk toch het avontuur opzochten. Zij worden op vijftig kilometer van het einde gegrepen, maar er werd een nieuwe ontsnapping op gang getrokken. Deze keer waren het
Hugo Houle, Wesley Kreder en Tim Vanspeybroeck die probeerden de koers hard te maken. Even later sloot ook onder andere de Tsjechisch kampioen Jan Bárta aan bij de kopgroep. Toen Guillaume Van Keirsbulck ook de sprong maakte, begon Gert Jõeäär, de leider, te vrezen voor zijn eindklassement, daar Van Keirsbulck maar op 14 seconden stond, en er aan de finish nog enkele bonificatieseconden te rapen vielen. Van Keirsbulck voelde het peloton onder leiding van de Cofidis-formatie naderen, en reed op vijf kilometer alleen weg. Hij bleef het sprintende peloton net voor maar kon geen gooi meer doen naar het eindklassement.