zone
Uiterlijk
- zo·ne
- via Frans zone of direct via Latijn zona van Oudgrieks ζώνη (zóónè) "gordel", in de betekenis van ‘streek’ aangetroffen vanaf 1595 [1] [2] [3]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zone | zones zonen |
verkleinwoord | zonetje | zonetjes |
- bepaald gebied dat is afgebakend van aangrenzend gebied
- De zone achter de auto was afgezet.
1. bepaald gebied dat is afgebakend van aangrenzend gebied
- Het woord zone staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "zone" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ zone op website: Etymologiebank.nl
- ↑ "zone" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
zone
enkelvoud | meervoud |
---|---|
zone | zones |
zone
- van Latijn zona [1]
- [2] verwijzing naar de "zone non aedificandi", het ringvormige gebied rondom Parijs waar in de 19e eeuw een bouwverbod gold om het schootsveld van de vestingwerken open te houden[2]
zone v
- zone
- (spreektaal) buitenwijk van een grote stad met meestal miserabele woonomstandigheden
- «C'est la zone, ton quartier.»
- Wat is die wijk van jou toch triest. [3]
- «C'est la zone, ton quartier.»
zone
- (spreektaal) miserabel, ellendig
- «J’ai troqué mon cuir un peu zone contre une paire de docksides.»
- Ik heb mijn nogal armzalig jack geruild tegen een paar bootschoenen. [3]
- «J’ai troqué mon cuir un peu zone contre une paire de docksides.»
- ↑ zone (Etymologie) in: Le Trésor de la Langue Française informatisé (1971-1994) op de website cnrtl.fr .
- ↑ Cannon, J.The Paris Zone: A Cultural History, 1840-1944 (2016) Routledge, Oxford; ISBN 9781317021735; p. 2; (Engels) geraadpleegd 2018-11-27
- ↑ 3,0 3,1 Wouw, Berry van de, Woordenboek populair Frans - Nederlands. Woordenboek van het Frans dat u op school nooit leerde, 2e druk, Breda: Uitgeverij Arti-Choc, 2014; p. 219
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 4
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 2 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 100 %
- Woorden in het Anglo-Normandisch
- Woorden in het Anglo-Normandisch van lengte 4
- Zelfstandig naamwoord in het Anglo-Normandisch
- Woorden in het Engels
- Woorden in het Engels van lengte 4
- Woorden in het Engels met audioweergave
- Woorden in het Engels met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Engels
- Woorden in het Frans
- Woorden in het Frans van lengte 4
- Woorden in het Frans met audioweergave
- Woorden in het Frans met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Frans
- Spreektaal in het Frans
- Bijvoeglijk naamwoord in het Frans