woord
Uiterlijk
- Geluid: woord (hulp, bestand)
- IPA: / wort / (1 lettergreep); /ʋoːrt/
- (Noord-Nederland): /ˈʋʊːrt/
- (Vlaanderen, Brabant): /ˈβoːrt/, /ˈwoːrt/
- (Limburg): /ˈβoːrd/, /ˈβoːr/, /ˈwoːrt/
- woord
- In de betekenis van ‘taalkundig betekenisvolle klankencombinatie’ voor het eerst aangetroffen in 776 [1]
|
|
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | woord | woorden |
verkleinwoord | woordje | woordjes |
de woord m
- (biologie) mannetjeseend
- De mannelijke wilde eend, de woord, kenmerkt zich door de glanzende groene kop en het grijze en bruine lijf.
1. mannetjeseend
het woord o
- (taalkunde) spraakklank of betekeniseenheid die bestaat uit minimaal één vrij morfeem en minimaal nul gebonden morfemen
- In het woordenboek vindt men de betekenis van een woord.
- belofte
- De koning kwam zijn belofte na en hield woord.
- (religie) (in het christendom:) het woord van God, Jezus Christus, of de inhoud van de bijbel
- In den beginne was het Woord, en het Woord was bij God, en het Woord was God. (Johannes 1:1-18).
- (informatica) de natuurlijke eenheid van informatie voor een bepaalde computerarchitectuur
- (dictie) de manier om iets uit te spreken
- (taalkunde) in de orthografie een rij schrifttekens die door spaties of leestekens worden afgegrensd
- (taalkunde), (metonymisch) taaluiting in het algemeen
- ▸ ‘Storm? Vannacht? Nee, maak je geen zorgen.’ Na deze geruststellende woorden trokken we ons ieder terug in onze eigen tent.[2]
- [1] begrip, formulering, rededeel, parool, term, uitdrukking
- [2] belofte, erewoord,gelofte, toezegging
- [3] logos
- [1] schrift, zin
- [2] belofte, eed, erewoord
- [3] bijbel, god
- [4] computerarchitectuur
- [5] dictie, uitspraak
- [6] orthografie
|
- Een goed verstaander heeft maar een half woord nodig.
- Een goed woord vindt altijd een goede plaats.
- Een man een man, een woord een woord.
- Geen woorden, maar daden.
- Wiens brood men eet, diens woord men spreekt.
|
1. spraakklank of betekeniseenheid die bestaat uit minimaal één vrij morfeem en minimaal nul gebonden morfemen
|
|
2. belofte
3. het woord van god of de inhoud van de bijbel
4. de natuurlijke eenheid van informatie voor een bepaalde computerarchitectuur
- Het woord woord staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "woord" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "woord" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
woord
woord
- woord (psychologisch-taalkundige eenheid)
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | woord | woorden |
verkleinwoord |
woord
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | woord | woorden |
verkleinwoord |
woord
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 5
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 1 lettergreep in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Erfwoord in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Biologie in het Nederlands
- Taalkunde in het Nederlands
- Religie in het Nederlands
- Informatica in het Nederlands
- Metonymisch in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 100 %
- Prevalentie Vlaanderen 100 %
- Woorden in het Achterhoeks
- Zelfstandig naamwoord in het Achterhoeks
- Woorden in het Afrikaans
- Woorden in het Afrikaans met audioweergave
- Zelfstandig naamwoord in het Afrikaans
- Woorden in het Nedersaksisch
- Zelfstandig naamwoord in het Nedersaksisch
- Woorden in het Veluws
- Zelfstandig naamwoord in het Veluws