Gefecht

Duits

Uitspraak

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
• IPA: / ɡəˈfɛçt /

Woordafbreking

• Ge·fecht

Woordherkomst en -opbouw

• Naamwoord van handeling van het Duitse werkwoord fechten met het voorvoegsel ge-

	enkelvoud	meervoud
nominatief	das Gefecht	die Gefechte
genitief	des Gefechtes des Gefechts	der Gefechte
datief	dem Gefecht	den Gefechten
accusatief	das Gefecht	die Gefechte

Zelfstandig naamwoord

Gefecht, o

1. (militair) gevecht
2. strijd

Afgeleide begrippen

• [1]: Feuergefecht
• [1]: gefechtsbereit
• [1]: Gefechtsbereitschaft
• [1]: gefechtsklar
• [1]: Gefechtslage
• [1]: Gefechtsstand
• [1]: Seegefecht
• [2]: (figuurlijk) Wortgefecht

Uitdrukkingen en gezegden

• außer Gefecht setzen

buiten gevecht stellen

• in der Hitze des Gefechts