Naar inhoud springen

CS-6: verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
toevoegen Truus van Lier
Webnetprof (overleg | bijdragen)
intro etc
(3 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 1: Regel 1:
'''CS-6''' was de naam van een Nederlandse verzetsgroep in de [[Tweede Wereldoorlog]]. De naam is afkomstig van het adres waar de groep haar oorsprong vond: Corellistraat 6 te Amsterdam.
'''CS-6''' was de naam van een zware en zeer actieve Nederlandse [[verzet]]sgroep in de [[Tweede Wereldoorlog]], verantwoordelijk voor een tiental moordaanslagen, onder meer op hoge Nederlandse verraders zoals generaal Seyffardt en secretaris-generaal Reydon. Waarschijnlijk de gevaarlijkste verzetsman van Nederland, [[Jan Verleun]], die minstens vijf doden op zijn geweten had, was lid. Van de groep werd meer dan de helft van de leden gedood door de Duitsers. De groep opereerde tot mei 1944, toen door diverse vormen van verraad de meeste leden waren gearresteerd of gedood. De naam is waarschijnlijk afkomstig van het adres waar de groep haar oorsprong vond: Corellistraat 6 te Amsterdam, het huis van de familie Boissevain.


==Oprichting==
De groep werd in de zomer van 1940 opgericht door de broers [[Gideon Willem Boissevain|Gideon]] ("Gi") en [[Jan Karel Boissevain|Jan Karel]] ("Janka") Boissevain. Nadat hun poging om in juli 1940 naar Engeland te ontkomen was mislukt, keerden zij terug naar hun ouderlijk huis, waar hun moeder al begonnen was Joodse vluchtelingen op te vangen. Tot hun groep behoorden ook [[Pam Pooters]], [[Jan Verleun]], [[Reina Prinsen Geerligs]], [[Truus van Lier]],[[Leo Frijda]], [[Hans Katan]], [[Sape Kuipers]] en hun achterneef [[Louis Boissevain]]. De groep verzamelde wapens en legde zich toe op [[sabotage]], later ook op liquidatie van verraders. De Haagse communist [[Gerrit Willem Kastein]], die in contact stond met [[Gerben Wagenaar]], [[CPN]]-sabotageleider, werkte nauw met hen samen.
De groep werd in de zomer van 1940 opgericht door de broers [[Gideon Willem Boissevain|Gideon]] ("Gi") en [[Jan Karel Boissevain|Jan Karel]] ("Janka") Boissevain. Nadat hun poging om in juli 1940 naar Engeland te ontkomen was mislukt, keerden zij terug naar hun ouderlijk huis, waar hun moeder al begonnen was Joodse vluchtelingen op te vangen.


Het huis waarheen de familie Boissevain eind 1939 was verhuisd, werd geleidelijk een belangrijk centrum van verzets- en sabotageactiviteiten. Moeder [[Mies Boissevain-van Lennep]] was al sinds halverwege de jaren '30 onder meer actief bij het redden van Joodse kinderen uit Duitsland en Oostenrijk, in samenwerking met organisatrice [[Truus Wijsmuller-Meijer]].
Op 5 februari 1943 pleegde Kastein samen met Jan Verleun een aanslag op luitenant-generaal [[Hendrik Seyffardt]], nieuw-benoemd gemachtigde voor het [[Nederlands Legioen]]<ref>Dat wil zeggen Nederlandse oostfront-vrijwilligers.</ref>, die een dag later aan de gevolgen overleed. Seyffardt bracht nog uit dat de daders 'studenten' waren; het gevolg was een razzia waarbij honderden studenten werden opgepakt.


Verder werden in huize Boissevain onderduikadressen voor Joden en anderen geregeld, voor vermommingen en valse identiteitsbewijzen werd gezorgd en moorden en bomaanslagen werden er voorbereid. De kelder van het huis was een arsenaal van wapens en explosieven. De oorsprong van deze codenaam is onzeker; mogelijk is deze ontleend aan het huis (Corelli Straat 6), maar volgens andere bronnen was er sprake van afdeling 6 van een internationaal opererende verzetsorganisatie Centre de Sabotage.
Kastein viel door verraad van de [[Vertrauensmann|V-mann]] [[Anton van der Waals]] in Duitse handen, en met hem het merendeel van de groep; zij werden gefusilleerd of stierven in gevangenschap. Het restant van de groep, waaronder Jan Verleun, verdubbelde hierna zijn activiteit. Een aanslag op [[Anton Mussert]] ging op het laatste moment niet door; tot november 1943 werden echter nog tien aanslagen gepleegd op [[collaboratie|collaborateurs]] en politiemensen. Door toedoen van de ''V-Mann'' [[Matthijs A. Ridderhof]] kwam aan hun activiteit een einde.


==Leden==
De groep telde minstens 20 leden. Tot degroep behoorden ook o.m.
* dr [[Gerrit Kastein]]; pleegde zelfmoord na arrestatie
* [[Pam Pooters]], gefusilleerd
* [[Jan Verleun]], gefusilleerd
* [[Reina Prinsen Geerligs]], gefusilleerd
* [[Truus van Lier]], gefusilleerd
* [[Leo Frijda]], gefuilleerd
* [[Irma Selig]], verloofde van Leo Frijda,
* [[Hans Katan]], gefusilleerd
* [[Sape Kuipers]] en
* [[Louis Boissevain]] de achterneef Gideon en Jan Karel, gefusilleerd

De groep verzamelde wapens en legde zich toe op [[sabotage]], later ook op liquidatie van verraders. De Haagse communist en [[chirurg]] [[Gerrit Willem Kastein]], die in contact stond met [[Gerben Wagenaar]], [[CPN]]-sabotageleider, werkte nauw met hen samen.

==Seffardt en Reydon==
Op 5 februari 1943 pleegde Kastein samen met Jan Verleun een aanslag op luitenant-generaal [[Hendrik Seyffardt]], nieuw-benoemd gemachtigde voor het [[Nederlands Legioen]]<ref>Dat wil zeggen Nederlandse oostfront-vrijwilligers.</ref>, die een dag later aan de gevolgen overleed. Seyffardt bracht nog uit dat de daders 'studenten' waren; het gevolg was een razzia waarbij honderden studenten werden opgepakt. Deze aanslag vormde de belangrijkste aanleiding voor het starten van de sluipmoorden door de SS met de naam [[Aktion Silbertanne]]. Op 7 februari pleegden Kastein een aanslag op secretaris-generaal en NSB-lid [[Hermannus Reydon]], waarbij diens vrouw stierf, terwijl Reydon zelf een half jaar erna overleed. De moorden op Seyffardt en Reydon zijn de bekendste van de groep geworden. In juli 1943 werd een Enschedese luitenat van politie vermoord, in september de hoofdcommissaris van pollitie van Utrecht, [[G.J. Kersten]], door [[Geertruida van Lier]].

==Van der Waals==
In augustus 1943 viel Kastein door verraad van de [[Vertrauensmann|V-mann]] [[Anton van der Waals]] in Duitse handen, terwijl volgens De Jong ook de V-Mann Ridderhof de groep was binnegedrongen. Irma selig, verl;oofde van leo Frijda, verried om haar eigen leven te redden na haar arrestatie Jan Verleun Moeder Mies en haar drie zonen (de twee dochters waren gelukkig niet thuis) en nog 70 anderen werden gearresteerd. Op 1 oktober werden Janka, Gi, achterneef Louis en nog 16 andere tot de groep behorende verzetsmensen in de duinen bij Overveen gefusilleerd. Mies en zoon Frans belandden in concentratiekamp Vught, waar Mies te werk werd gesteld in het "ziekenhuis".

Het restant van de groep, waaronder Jan Verleun, verdubbelde hierna zijn activiteit. Een aanslag op [[Anton Mussert]] ging op het laatste moment niet door; tot november 1943 werden echter nog tien aanslagen gepleegd op [[collaboratie|collaborateurs]] en politiemensen. Door toedoen van de ''V-Mann'' [[Matthijs A. Ridderhof]] kwam aan hun activiteit een einde.

==Engelandspiel==
Twee leden waren intussen naar Londen gestuurd. Daar werden zij ingeschakeld bij het inlichtingenwerk in bezet gebied. Zij liepen bij de eerste de beste actie in de fuik van het [[Englandspiel]].
Twee leden waren intussen naar Londen gestuurd. Daar werden zij ingeschakeld bij het inlichtingenwerk in bezet gebied. Zij liepen bij de eerste de beste actie in de fuik van het [[Englandspiel]].



Versie van 7 feb 2012 15:26

CS-6 was de naam van een zware en zeer actieve Nederlandse verzetsgroep in de Tweede Wereldoorlog, verantwoordelijk voor een tiental moordaanslagen, onder meer op hoge Nederlandse verraders zoals generaal Seyffardt en secretaris-generaal Reydon. Waarschijnlijk de gevaarlijkste verzetsman van Nederland, Jan Verleun, die minstens vijf doden op zijn geweten had, was lid. Van de groep werd meer dan de helft van de leden gedood door de Duitsers. De groep opereerde tot mei 1944, toen door diverse vormen van verraad de meeste leden waren gearresteerd of gedood. De naam is waarschijnlijk afkomstig van het adres waar de groep haar oorsprong vond: Corellistraat 6 te Amsterdam, het huis van de familie Boissevain.

Oprichting

De groep werd in de zomer van 1940 opgericht door de broers Gideon ("Gi") en Jan Karel ("Janka") Boissevain. Nadat hun poging om in juli 1940 naar Engeland te ontkomen was mislukt, keerden zij terug naar hun ouderlijk huis, waar hun moeder al begonnen was Joodse vluchtelingen op te vangen.

Het huis waarheen de familie Boissevain eind 1939 was verhuisd, werd geleidelijk een belangrijk centrum van verzets- en sabotageactiviteiten. Moeder Mies Boissevain-van Lennep was al sinds halverwege de jaren '30 onder meer actief bij het redden van Joodse kinderen uit Duitsland en Oostenrijk, in samenwerking met organisatrice Truus Wijsmuller-Meijer.

Verder werden in huize Boissevain onderduikadressen voor Joden en anderen geregeld, voor vermommingen en valse identiteitsbewijzen werd gezorgd en moorden en bomaanslagen werden er voorbereid. De kelder van het huis was een arsenaal van wapens en explosieven. De oorsprong van deze codenaam is onzeker; mogelijk is deze ontleend aan het huis (Corelli Straat 6), maar volgens andere bronnen was er sprake van afdeling 6 van een internationaal opererende verzetsorganisatie Centre de Sabotage.

Leden

De groep telde minstens 20 leden. Tot degroep behoorden ook o.m.

De groep verzamelde wapens en legde zich toe op sabotage, later ook op liquidatie van verraders. De Haagse communist en chirurg Gerrit Willem Kastein, die in contact stond met Gerben Wagenaar, CPN-sabotageleider, werkte nauw met hen samen.

Seffardt en Reydon

Op 5 februari 1943 pleegde Kastein samen met Jan Verleun een aanslag op luitenant-generaal Hendrik Seyffardt, nieuw-benoemd gemachtigde voor het Nederlands Legioen[1], die een dag later aan de gevolgen overleed. Seyffardt bracht nog uit dat de daders 'studenten' waren; het gevolg was een razzia waarbij honderden studenten werden opgepakt. Deze aanslag vormde de belangrijkste aanleiding voor het starten van de sluipmoorden door de SS met de naam Aktion Silbertanne. Op 7 februari pleegden Kastein een aanslag op secretaris-generaal en NSB-lid Hermannus Reydon, waarbij diens vrouw stierf, terwijl Reydon zelf een half jaar erna overleed. De moorden op Seyffardt en Reydon zijn de bekendste van de groep geworden. In juli 1943 werd een Enschedese luitenat van politie vermoord, in september de hoofdcommissaris van pollitie van Utrecht, G.J. Kersten, door Geertruida van Lier.

Van der Waals

In augustus 1943 viel Kastein door verraad van de V-mann Anton van der Waals in Duitse handen, terwijl volgens De Jong ook de V-Mann Ridderhof de groep was binnegedrongen. Irma selig, verl;oofde van leo Frijda, verried om haar eigen leven te redden na haar arrestatie Jan Verleun Moeder Mies en haar drie zonen (de twee dochters waren gelukkig niet thuis) en nog 70 anderen werden gearresteerd. Op 1 oktober werden Janka, Gi, achterneef Louis en nog 16 andere tot de groep behorende verzetsmensen in de duinen bij Overveen gefusilleerd. Mies en zoon Frans belandden in concentratiekamp Vught, waar Mies te werk werd gesteld in het "ziekenhuis".

Het restant van de groep, waaronder Jan Verleun, verdubbelde hierna zijn activiteit. Een aanslag op Anton Mussert ging op het laatste moment niet door; tot november 1943 werden echter nog tien aanslagen gepleegd op collaborateurs en politiemensen. Door toedoen van de V-Mann Matthijs A. Ridderhof kwam aan hun activiteit een einde.

Engelandspiel

Twee leden waren intussen naar Londen gestuurd. Daar werden zij ingeschakeld bij het inlichtingenwerk in bezet gebied. Zij liepen bij de eerste de beste actie in de fuik van het Englandspiel.

Na de oorlog werden Jan Karel, Gideon en Louis Boissevain, Pam Pooters en Gerrit Kastein aangemeld voor een Gedenkboek van omgekomen communistische verzetsmensen, dat overigens nooit verschenen is.[2]

[bron?]

  1. Dat wil zeggen Nederlandse oostfront-vrijwilligers.
  2. Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis (IISG), CPN-archief.