Doctor
Doctor (afkorting: dr.) is in de meeste landen de hoogste academische graad of titel die een persoon kan verwerven aan een universiteit. Het behalen van deze graad wordt aangeduid als een (wetenschappelijke) promotie en vindt plaats op basis van wetenschappelijke kwalificaties, waarvan het publiceren van een proefschrift doorgaans het belangrijkst is. Een eredoctoraat is hierop een opvallende uitzondering. Dit wordt verleend aan personen die een uitzonderlijke prestatie hebben geleverd op wetenschappelijk of maatschappelijk gebied, zonder publicatie van een proefschrift. De doctorstitel is in Nederland wettelijk beschermd, en het ten onrechte voeren van deze titel is verboden.
Doctor is een term die stamt uit het Latijn en kan letterlijk vertaald worden met "leraar". De term heeft verwantschap met woorden als doceren (lesgeven) en doctrine (leer).
Verwerven van doctorstitel
Om in aanmerking te komen voor het doctoraat moet iemand eerst een doctoraalexamen hebben behaald (drs. doctorandus, lic. licentiaat, mr. meester in de rechten, ir. ingenieur, of een initiële master: MSc, MA of LLM). In uitzonderlijke situaties kan iemand die geen doctoraalexamen heeft gehaald echter toch promoveren en een doctorstitel verwerven.
Om doctor te kunnen worden, moet men aantonen dat men in staat is zelfstandig wetenschappelijk onderzoek te verrichten. Dit wordt afgemeten aan het product, doorgaans een proefschrift. In de technische wetenschappen kan het ook gaan om een technisch product en in steeds meer natuurwetenschappen bestaat een proefschrift uit een bundeling van eerder gepubliceerde wetenschappelijke artikelen. Bij het doctoraat in de kunsten gaat het meestal om een artistieke prestatie of ontwerp, vaak in combinatie met een proefschrift.
Daarnaast dient de persoon hiervoor een promotor te vinden die (schriftelijk) garant voor hem/haar wil staan. Doorgaans begeleidt de promotor het onderzoek en heeft deze ook een doorslaggevende stem bij de keuze van het onderwerp.
Terminologie
De doctorstitel wordt vaak afgekort als dr. (vóór de naam, met punt). Indien men meerdere doctorstitels bezit dan kan dit aangegeven worden met dr.mult. (van multiplex, meervoudig). Het bezitten van meerdere (gewone) doctoraten is in Nederland echter hoogst zeldzaam, maar in landen als Duitsland minder ongewoon.
In sommige landen (bijvoorbeeld Duitsland) komt men tevens de vrouwelijke vorm van doctor tegen: doctrix, ook afgekort als dr. In Nederland komt deze vorm vrijwel niet voor.
Bij verkrijging van een eredoctoraat is de titel doctor honoris causa (doctor wegens eer). Deze wordt vaak afgekort als dr.h.c.
Doctor versus 'dokter'
De titel doctor moet worden onderscheiden van dokter, een aanspreektitel voor artsen. Lang niet alle dokters zijn doctors en de meeste doctors zijn geen arts. Het komt weleens voor dat artsen (of vaker leken die over artsen schrijven) de aanspreektitel 'dokter' als 'dr.' afkorten, hoewel dit niet correct is en in Nederland zelfs verboden is, omdat dit het bezitten van de beschermde graad van doctor suggereert. In Angelsaksische landen mogen artsen zich wél (medical) doctor noemen, ook al hebben ze geen doctoraat.
PhD
In de Angelsaksische landen voert men na promoveren meestal de academische graad "Doctor of Philosophy" (afgekort PhD, te voeren achter de persoonsnaam) of een andere doctorsgraad op doctorsniveau zoals Doctor of Education (afgekort EdD) of Doctor of Business Administration (afgekort DBA). Deze graden worden verleend na een begeleid onderzoekstraject dat, anders dan meestal in Nederland het geval is, niet per se tot wetenschappelijke artikelen of een boek hoeft te leiden. De promotie heeft het karakter van het afleggen van een besloten examen dat doorgaans leidt tot aanpassingen van het proefschrift die voorwaardelijk zijn voor het ontvangen van het doctoraat, anders dan de promotie door openbare verantwoording van zelfstandig werk zoals in Nederland, België, Frankrijk en Duitsland.
In Nederland en België vindt het gebruik van de PhD-titel eveneens steeds meer ingang. Vooral wetenschappers die samenwerken met buitenlandse vakgenoten geven soms de voorkeur aan dit internationaal bekende equivalent van de doctorstitel. PhD is sinds 1 januari 2021 ook een Nederlandse graad en titel, wettelijk met de graad en titel "doctor" gelijkgesteld. Sinds 2021 mag een in Nederland gepromoveerde doctor tekenen met een 'D' of 'PhD' achter zijn/haar naam, dan wel de titel doctor (dr.; kleine letters) voor de naam of de titel PhD achter de naam.[1] Zij die de graad dan wel titel Doctor (evt. afgekort tot Dr., met hoofdletter, en met punt (UK English) dan wel zonder punt (US English)) of PhD hebben behaald door promotie aan een niet in Nederland gevestigde universiteit, zijn gerechtigd die graad in Nederland in de eigen naamsvermelding tot uitdrukking te brengen op dezelfde wijze als in het desbetreffende land. De Dienst Uitvoering Onderwijs kan namens de Minister van Onderwijs toestemming verlenen tot het voeren van de Nederlandse titel doctor (dr.) op basis van een buitenlands diploma op grond van art. 7.23a lid 3 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek.[2]
In Vlaanderen zijn de titels dr. en PhD ook aan elkaar gelijkgesteld: wie in Vlaanderen is gepromoveerd mag naar keuze een van beide titels voeren; wie in een ander land is gepromoveerd mag de titel voeren volgens de regels van het land waar de graad is verleend, met toevoeging van de naam van de universiteit die de graad heeft verleend[3]
Keuze voor gebruik van de graad (achter de naam) of titel (voor dan wel achter de naam) is persoonlijk.
Carrière
De doctorstitel is van belang voor wie een loopbaan als wetenschapper ambieert aan een universiteit. Op 1 januari 2007 werkt minder dan een op de vijf doctors als onderzoeker aan een universiteit, onderzoeksinstelling of onderzoeksafdeling van bedrijven.[bron?]
Voor de functie als universitair docent binnen het universitair onderwijs is deze titel meestal een voorwaarde voor benoeming. Ook voor sommige hogere of gespecialiseerde functies in de farmaceutische industrie, zoals een R&D of managementfunctie, is de doctorstitel gewenst. Dat geldt ook voor bijvoorbeeld banken, energiebedrijven, overheidsinstanties en het hoger beroepsonderwijs.
Uit cijfers van het VSNU blijkt dat 6,6 promille van de Nederlandse beroepsbevolking deze titel mag voeren.[4] Dit betreft ca. 56.000 mensen in Nederland, waarvan een derde vrouw is. Het aantal vrouwelijke doctoren neemt toe, vooral in alfa- en gamma-richtingen. Zo is van de mensen met een doctorstitel onder de 35 jaar meer dan de helft vrouw.[5]
Habilitatie
Sommige landen kennen een systeem waarbij wetenschappers na het behalen van het doctoraat nog een hogere titel kunnen verkrijgen. Dit is onder meer het geval in Duitssprekende landen waar men de habilitatie (Duits: Habilitation) kent, een soort 'tweede promotie' die van oudsher een voorwaarde is om als hoogleraar te kunnen worden aangesteld, al zijn er uitzonderingen. Anders dan een gewoon doctoraat wordt bij de habilitatie ook een onderwijsbevoegdheid verleend. Rusland en veel voormalige Sovjet-staten en Oostbloklanden kennen de graad doktor naoek (наук, 'doctor in de wetenschappen'), die volgt op de graad kandidat naoek ('kandidaat in de wetenschappen'). Voorheen gold deze laatste graad als gelijkwaardig aan het doctoraat in de westerse wereld. Frankrijk kent het doctorat d’État ('staatsdoctoraat'), dat dateert van 1808, en als hoger wordt beschouwd dan het in 1968 ingestelde doctorat de 3e cycle; het doctorat d’État gold vroeger als voorwaarde voor een benoeming als maître de conférences of als hoogleraar, en kan na het doctorat de 3e cycle behaald.
Historische titel dr. A.L.M.
Voor 1877[6] gold in Nederland de titel dr. A.L.M., die in de loop van de zeventiende eeuw aan de Noord-Nederlandse universiteiten gebruikelijk werd.[7] Bijvoorbeeld de achttiende en negentiende eeuwse Utrechtse professoren Rossijn (onder meer wiskunde) en Moll (natuur- en sterrenkunde) droegen de titels Prof.dr. A.L.M. J.T. Rossijn en Prof. L.A.M., Phil.dr. G. Moll, respectievelijk.[8][9] A.L.M. is de afkorting voor Artium Liberalium Magister, Meester in de (zeven) vrije kunsten,[10] een oorspronkelijk middeleeuwse academische titel. Later kon de titel van doctor in de wijsbegeerte (Philosophiae Doctor, Phil. dr., PhD) aan de magistertitel worden verbonden zoals in het geval van Gerrit Moll, waar filosofie natuurfilosofie betekent, bijvoorbeeld natuurkunde. Blijkbaar werd A.L.M. ook geschreven als L.A.M. (Liberalium Artium Magister).
Voetnoten
- ↑ Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek Art. 7.22
- ↑ Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek Art. 7.23a lid 3.
- ↑ Decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen. Edulex (2 september 2013). Geraadpleegd op 27 september 2013.
- ↑ Feiten & Cijfers Promovendi - website van het VSNU
- ↑ Aantal gepromoveerde vrouwen neemt toe, vooral in alfa- en gamma-richting - website CBS
- ↑ De Wet op het Hoger Onderwijs van 1876 (28 april 1876) schafte de titel dr. A.L.M. af?[bron?]
- ↑ Albumacademicum.uva.nl Toelichting op de inhoud. Doctoraten van 1632 tot 1877 Artes; Letteren en Wijsbegeerte; Wis- en Natuurkunde
- ↑ Profs.library.uu.nl Catalogus professorum Academiae Rheno-Trajectinae Prof.dr. A.L.M. J.T. Rossijn (1744 - 1817)
- ↑ Profs.library.uu.nl Catalogus professorum Academiae Rheno-Trajectinae Prof.L.A.M., Phil.dr. G. Moll (1785 - 1838)
- ↑ Ensie.nl Magister uit Winkler Prins 1870