neertellen
- Geluid: neertellen (hulp, bestand)
- neer·tel·len
- samenstelling van neer en tellen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
neertellen |
telde neer |
neergeteld |
zwak -d | volledig |
neertellen
- overgankelijk betalen
- Na langlopende onderhandelingen telde de club vijf miljoen euro voor de spits neer.
- Hoeveel geld hij precies moest neertellen voor het kunstwerk zegt hij liever niet.
- Het woord neertellen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "neertellen" herkend door:
93 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be