Manen van Saturnus

De planeet Saturnus heeft 146 manen,[1][2] waarvan de eerste in de 17e eeuw door Christiaan Huygens is waargenomen.

Geschiedenis

bewerken

De eerste manen werden ontdekt met telescopen in de 17e eeuw. Sindsdien zijn er met betere apparatuur en bij missies van onbemande ruimtevaartuigen steeds meer ontdekt. In 1655 werd de maan Titan ontdekt door de Nederlander Christiaan Huygens. De Italiaanse astronoom Cassini geldt als de ontdekker van vier van eerste vier: Iapetus en Rhea in 1671 en 1672, en Tethys en Dione in 1684.[3]

De later ontdekte manen hebben een grote variatie in omvang. Het onderscheid tussen een minimaantje (moonlet) zoals S/2009 S1 en een groot brok in een ring is moeilijk aan te geven. In mei 2023 waren er 63 manen met volledig bevestigde banen die een naam hadden.

Eind 2004 waren er 35 manen en maantjes bekend, waarvan er 30 een definitieve naam hadden gekregen. Vier manen hebben een doorsnede tussen 1050 en 1530 km. Titan is met een doorsnede van 5150 km het grootst en die is daarmee duidelijk groter dan onze eigen Maan. Titan is ook veel groter dan de dwergplaneet Pluto en zelfs iets groter dan de kleinste echte planeet uit het zonnestelsel: Mercurius. Titan bezit bovendien een atmosfeer. De meeste maantjes bestaan uit ijs en steen.

In mei 2005 maakten astronomen van de Universiteit van Hawaï bekend een dozijn nieuwe manen ontdekt te hebben. Dit bracht het aantal op 48 bekende natuurlijke satellieten. De met de Subaru-telescoop ontdekte manen zijn klein en onregelmatig gevormd (drie tot zeven kilometer). Op een na draaien ze allemaal tegen de draairichting in van de andere Saturnusmanen en ze hebben bijna twee jaar nodig voor een omloop. Waarschijnlijk werden ze door de gravitatie gevangen en komen van buiten Saturnus, ze bevinden zich dan ook ver van de planeet.

De Cassini-Huygens missie heeft zeven kleine maantjes ontdekt (Methone, Pallene, Polydeuces, Daphnis, Anthe, Aegaeon en S/2009 S1).

In oktober 2019 werd bekendgemaakt dat een team van het Carnegie Institution of Science onder leiding van Scott S. Sheppard nog eens 20 manen rond Saturnus had ontdekt, wederom met behulp van de Subaru-telescoop. Al deze manen hebben een doorsnede van omstreeks 5 kilometer. Van deze manen draaien er 17 tegen de draairichting van Saturnus in (retrograad) en draaien er 3 met Saturnus mee. Door deze ontdekking werd Saturnus tevens de planeet met de meeste (bekende) manen in het zonnestelsel.

Manen van Saturnus
Nr. Naam Diameter (km) Massa (kg) Straal gem.
omloop (km)
Omlooptijd (dag) Ontdekker(s) Ontd. jaar Opmerkingen
XVIII Pan 20 4,9×1015 133.584 0,575.051 Mark Showalter 1990  
XXXV Daphnis 6 - 8 ~2×1014 136.505 0,595.37 Carolyn C. Porco et al. 2005  
XV Atlas 30 (40 * 20) ~2×1015 137.665 0,601.691 Rich Terrile 1980  
XVI Prometheus 91 (145 × 85 × 62) 2,7×1017 139.380 0,612.990 S.A. Collins 1980  
S/2004 S4* 3 - 5 ~3×1013 140.170 0,618.3 Carl Murray et al. 2004  
S/2004 S6* 6 - 8 ~2×1014 140.760 0,622.2 Carolyn C. Porco et al. 2004  
S/2004 S3* 3 - 5 ~3×1013 141.071 0,624.230 Carl Murray et al. 2004  
XVII Pandora 84 (114 × 84 × 62) 2×1017 141.710 0,628.500 Collins 1980  
X Janus 178 (196 × 192 × 150) 1,90×1018 151.450 0,694.595 Audouin Dollfus 1966 gedeelde baan met Epimetheus
XI Epimetheus 115 (144 × 108 × 98) 5,26×1017 151.450 0,694.595 Larson, Fountain & Walker 1980 gedeelde baan met Janus
I Mimas 392 3,79×1019 185.520 0,942.422 William Herschel 1789  
XXXII Methone 3 ~2×1013 194.251 1,009.714 Carolyn C. Porco et al. 2004  
XXXIII Pallene 4 ~3×1013 212.283 1,153.746 Carolyn C. Porco et al. 2004 (1981)  
II Enceladus 498 1,08×1020 238.020 1,370.218 William Herschel 1789  
III Tethys 1060 6,175×1020 294.660 1,887.803 Giovanni Cassini 1684  
XIII Telesto 29 (34 × 28 × 36) ~7×1015 294.660 1,887.803 Smith, Reitsema, Larson & Fountain 1980 trojaan van Tethys (L4)
XIV Calypso 26 (34 × 22 × 22) ~4×1015 294.660 1,887.803 Pascu, Seidelman, Baum & Currie 1980 trojaan van Tethys (L5)
IV Dione 1120 1,095×1021 377.400 2,736.916 Giovanni Cassini 1684  
XII Helene 33 (36 × 32 × 30) ~3×1016 377.400 2,736.916 P. Laques & J. Lecacheux 1980 trojaan van Dione (L4)
XXXIV Polydeuces 3,5 ~5×1013 377.400 2,736.916 Carolyn C. Porco et al. 2004 trojaan van Dione (L5)
V Rhea 1530 2,308×1021 527.040 4,517.503 Giovanni Cassini 1672  
VI Titan 5150 1,3452×1023 1.221.830 15,945.449 Christiaan Huygens 1655  
VII Hyperion 286 (410 × 260 × 220) 5,5×1018 1.464.100 21,276.635 Bond, Bond & Lassell 1848  
VIII Iapetus 1460 1,805×1021 3.561.300 79,330.98 Giovanni Cassini 1671  
XXIV Kiviuq 16 ~3×1015 11.110.000 449,22 B. Gladman 2000  
XXII Ijiraq 12 ~1015 11.125.000 451,47 J.J. Kavelaars & B. Gladman 2000  
IX Phoebe 220 8,29×1018 12.944.000 -548,212 William Henry Pickering 1898 retrograad
XX Paaliaq 22 ~8×1015 15.200.000 686,94 B. Gladman 2000  
XXVII Skathi 8 ~3×1014 15.539.000 -728,18 J.J. Kavelaars & B. Gladman 2000 retrograad
XXVI Albiorix 32 ~2×1016 16.182.000 783,45 M. Holman & T.B. Spahr 2000  
XXXVII Bebhionn 5-7 ~3×1014 16.898.400 820,13 Scott S. Sheppard et al. 2004  
XXVIII Erriapo 10 ~8×1014 17.342.000 871,16 J.J. Kavelaars & B. Gladman 2000  
XXIX Siarnaq 40 ~4×1016 17.531.000 895,55 B. Gladman & J.J. Kavelaars 2000  
XXI Tarvos 15 ~3×1015 17.982.000 926,11 J.J. Kavelaars & B. Gladman 2000  
S/2004 S13* 5-7 ~3×1014 18.056.300 -905,848 Scott S. Sheppard et al. 2004 retrograad
XXV Mundilfari 6 ~2×1014 18.418.000 -951,56 B. Gladman & J.J. Kavelaars 2000 retrograad
XXXI Narvi 7 ~3×1014 19.007.000 -1003,93 Scott S. Sheppard & D.C. Jewitt 2003 retrograad
S/2004 S17* 3-5 ~1014 19.099.200 -985,45 Scott S. Sheppard et al. 2004 retrograad
XXXVIII Bergelmir 5-7 ~3×1014 19.372.200 -1006,659 Scott S. Sheppard et al. 2004 retrograad
XXIII Suttungr 7 ~2×1014 19.459.000 -1016,66 B. Gladman & J.J. Kavelaars 2000 retrograad
XXXVI Aegir 5-7 ~3×1014 19.618.400 -1025,908 Scott S. Sheppard et al. 2004 retrograad
S/2004 S12* 4-6 ~1014 19.905.900 -1048,541 Scott S. Sheppard et al. 2004 retrograad
XXX Thrymr 7 ~2×1014 19.941.000 -1094,29 B. Gladman & J.J. Kavelaars 2000 retrograad
XXXIX Bestla 6-8 ~4×1014 19.958.700 -1052,722 Scott S. Sheppard et al. 2004 retrograad
XL Farbauti 4-6 ~1014 20.290.800 -1079,099 Scott S. Sheppard et al. 2004 retrograad
XLIII Hati 5-7 ~3×1014 20.303.300 -1080,099 Scott S. Sheppard et al. 2004 retrograad
S/2004 S7* 5-7 ~3×1014 20.576.700 -1101,989 Scott S. Sheppard et al. 2004 retrograad
XLI Fenrir 5-7 ~3×1014 22.610.700 -1269,362 Scott S. Sheppard et al. 2004 retrograad
XIX Ymir 18 ~5×1015 23.041.000 -1315,35 B. Gladman et al. 2000 retrograad
XLII Fornjot 5-7 ~3×1014 23.608.900 -1354,342 Scott S. Sheppard et al. 2004 retrograad
XLIV Hyrrokkin ~8 ~3,5×1014 18.168.300 -914,29 Scott S. Sheppard et al. 2006 retrograad
XLV Kari ~7 ~2,3×1014 22.321.200 -1245,06 Scott S. Sheppard et al. 2006 retrograad
XLVI Loge ~6 ~1,5×1014 22.984.322 -1300,95 Scott S. Sheppard et al. 2006 retrograad
XLVII Skoll ~6 ~1,5×1014 17.473.800 -862,37 Scott S. Sheppard et al. 2006 retrograad
XLVIII Surtur 6   22.243.600 -1238,575 Scott S. Sheppard et al. 2006 retrograad
XLIX Anthe 1,8 ~1,5×1012 197.700 1,05089 Carolyn C. Porco et al. 2007  
L Jarnsaxa ~6 ~1,5×1014 18.556.900 -943,78 Scott S. Sheppard et al. 2006 retrograad
LI Greip ~6 ~1,5×1014 18.065.700 -906,56 Scott S. Sheppard et al. 2006 retrograad
LII Tarqeq ~7 ~2,3×1014 17.910.600 894,86 Scott S. Sheppard et al. 2007  
LIII Aegaeon ~0,5 ~1×1011 167.500 0,80812 Carolyn C. Porco et al. 2008  
S/2009 S1* ~0,3 <1×1011 ~117.000 ~0,47 Carolyn C. Porco et al. 2009  

(*) Voorlopige namen in afwachting van de bevestiging van hun baan

Zie de categorie Moons of Saturn van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.