7.11.2009 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 267/9 |
Arrest van het Hof (Tweede kamer) van 10 september 2009 — Commissie van de Europese Gemeenschappen/Bondsrepubliek Duitsland
(Zaak C-269/07) (1)
(Niet-nakoming - Vrij verkeer van werknemers - Verordening (EEG) nr. 1612/68 - Pensioenspaartoelagen - Onbeperkte belastingplichtigheid)
2009/C 267/16
Procestaal: Duits
Partijen
Verzoekende partij: Commissie van de Europese Gemeenschappen (vertegenwoordigers: R. Lyal en W. Mölls, gemachtigden)
Verwerende partij: Bondsrepubliek Duitsland (vertegenwoordigers: C. Blaschke en M. Lumma, gemachtigden, D. Wellisch, Rechtsanwalt)
Voorwerp
Niet-nakoming — Schending van de artikelen 12 EG, 18 EG en 39 EG, alsmede van artikel 7 van verordening (EEG) nr. 1612/68 van de Raad van 15 oktober 1968 betreffende het vrije verkeer van werknemers binnen de Gemeenschap (PB L 257, blz. 2) — Nationale regeling inzake pensioenspaartoelagen, volgens welke de toekenning van de toelage is onderworpen aan de voorwaarde van volledige belastingplichtigheid in de lidstaat, de toelage moet worden terugbetaald zodra de belastingplichtigheid eindigt en het in het kader van deze regeling opgebouwde kapitaal niet mag worden gebruikt voor het verwerven van een door de eigenaar zelf gebruikte woning, tenzij deze woning zich op het nationale grondgebied bevindt
Dictum
1) |
De Bondsrepubliek Duitsland is de verplichtingen niet nagekomen die op haar rusten krachtens artikel 39 EG, artikel 7, lid 2, van verordening (EEG) nr. 1612/68 van de Raad van 15 oktober 1968 betreffende het vrije verkeer van werknemers binnen de Gemeenschap en artikel 18 EG, door de bepalingen van de §§ 79 tot en met 99 van het Einkommensteuergesetz (wet op de inkomstenbelasting) inzake aanvullend ouderdomspensioen vast te stellen en te handhaven, voor zover op grond van die bepalingen:
|
2) |
De Bondsrepubliek Duitsland wordt verwezen in de kosten. |